Dwangmedicatie

Dwangmedicatie

Opname accommodatie

KC22-036 30 augustus 2022

Uitspraak onafhankelijke klachtencommissie Wvggz Gelderland Midden en Zuid

 

Inzake : [klager]
Klachtnummer : KC22-036
Instelling : Pro Persona
Datum ontvangst klacht : 17 augustus 2022
Schorsingsverzoek  : n.v.t. 
Hoorzitting : 29 augustus 2022
Datum uitspraak : 31 augustus 2022

 

 

Aanwezig bij de hoorzitting

[XX] (klager)

[XX] (PVP)

 

[XX] (verweerster)

 

[XX] (voorzitter klachtencommissie)

[XX] (psychiater) 

[XX] (lid)

 

[XX] (ambtelijk secretaris Wvggz klachtencommissie)

 

 

Juridische status

Zorgmachtiging

 

 

Klacht

  1. Te hoge dosering van de medicatie
  2. Opname in een kliniek

 

 

Procesverloop

De commissie heeft op 17 augustus 2022 een klacht ontvangen inzake medicatie en opname in een kliniek, als onderdeel van de verplichte zorg.

Op 23 augustus 2022 is het verweer per mail naar betrokkenen gezonden.

 

De digitale hoorzitting heeft plaatsgevonden op 29 augustus 2022. Bij die gelegenheid heeft verweerster haar standpunt kunnen toelichten. Vanwege inlogproblemen heeft klager niet goed kunnen deelnemen aan de hoorzitting. Aan het einde van de hoorzitting heeft de voorzitter medegedeeld dat de volledige uitspraak uiterlijk op 31 augustus 2022 schriftelijk naar partijen gezonden zal worden.

 

De klachtencommissie heeft inzage gehad in de volgende stukken:

-           Ingediende klacht;

-           Verweerschrift;

-           Zelfbindingsverklaring d.d. 8-12-2020;

-           Zorgplan d.d. 14-6-2022;

-           Medische verklaring d.d. 23-6-2022;

-           Bevindingen GD d.d. 29-6-2022;

-           Beschikking zorgmachtiging d.d. 7-7-2022;

-           Beslissing verlenen verplichte zorg d.d. 12-8-2022;

-           Behandelplan d.d. 12-8-2022;

-           Verklaring [klager]

-           Decursus en rapportage verpleegkundige 1-8-2022 t/m 23-8-2022.

 

 

Termijn

Het klaagschrift bevat klachten tegen verplichte zorg als omschreven in artikel 10:3 Wvggz. Deze klachten hebben betrekking op een beslissing waarvan het gevolg actueel is. Om die reden ziet de klachtencommissie zich gehouden binnen twee weken na ontvangst van de klacht een schriftelijke en gemotiveerde beslissing te nemen. Deze termijn loopt af op 31 augustus 2022.

 

 

Feiten

Klager is een [leeftijd] man bekend met schizoaffectieve stoornis, waardoor

eerder meerdere manisch-psychotische ontregelingen en waarvoor langdurige gedwongen opnames

noodzakelijk waren. Er is sprake geweest van medicatieontrouw en alcohol- en cannabisgebruik. Somatisch is klager o.a. bekend met COPD en achromasie.

 

Op 7 juli 2022 heeft de rechtbank Gelderland een zorgmachtiging afgegeven voor de duur van 6 maanden.

 

 

Standpunten van partijen

De digitale hoorzitting verloopt moeizaam omdat het klager niet lukt, ook niet met hulp van een verpleegkundige, om zodanig in te loggen dat klager verstaanbaar is voor alle deelnemers aan de zitting. Voorafgaand aan de hoorzitting heeft de PVP met klager getest of inloggen in een vergadering via Microsoft Teams lukte. Dat ging goed. PVP was niet in de gelegenheid om ter plekke aanwezig te zijn en heeft ruim voor de zitting aangeboden om een vervangende PVP te regelen. Dit heeft klager geweigerd.

 

Tijdens de aanwezigheid van klager in de hoorzitting vertelt de PVP dat klager, na opname op de [afdeling], 4 kantjes heeft geschreven over zijn kijk op de hele situatie. Hierin staan ook de klachten vermeld. Dit is ook opgenomen in het klaagschrift. Klager is van mening dat er onderhandelruimte was over de hoogte van de medicatie. Er was 12,5 mg olanzapine voorgeschreven. Klager was volhardend en consistent in zijn mening dat hij maximaal 10 mg accepteerde en daarna wilde afbouwen. Die 10 mg heeft klager wel trouw ingenomen. Toch volgde een klinische opname. Klager vindt dat er disproportioneel gehandeld is door de opname op de [afdeling]. Hierna verlaten klager en PVP de hoorzitting vanwege technische problemen.

 

Verweerder benoemt dat klager 2 klachten heeft ingediend: een over de hoogte van de medicatie en de andere over de opname. Zij verwijst naar de inhoud van het verweerschrift. Er was sprake van een manisch toestandsbeeld. Client was breedsprakig en er was sprake van ononderbroken monologen en versneld denken. Klager was voor opname verplicht zijn medicatie in te nemen. De voorgeschreven 12,5 mg was al een lage dosering aldus verweerster. Klager was akkoord gegaan en voorwaarde was dat hij de medicatie onder toezicht zou innemen. Daar ging het mis aldus verweerster. Aanvankelijk was klager coöperatief. Op een gegeven moment bleek de 10 mg olanzapine niet geleverd te zijn door de apotheek. Er is toen een nieuw recept uitgeschreven maar omdat het eind van de dag was kon dat niet meer geleverd worden. Klager weigerde om zelf naar de apotheek te gaan. Klager was woedend over het feit dat het niet goed geregeld was. Toen een verpleegkundige de volgende dag met de medicatie voor de deur van klager stond deed hij niet open. Hij heeft dus toen enkele dagen geen medicatie gehad aldus verweerster. De woningstichting belde dat klager in dronken toestand was aangetroffen. Na een eerdere episode van overlast had hij van de woningstichting een laatste kans gekregen op voorwaarde dat hij geen overlast zou bezorgen.  

Verweerster is toen samen met een verpleegkundige bij klager langs gegaan. Dat bezoek verliep erg vervelend vertelt verweerster. Klager was verbaal dreigend met fysiek geweld. Uiteindelijk heeft klager hen toch binnengelaten. Verweerster benoemt dat zij zich niet prettig voelden. Klager kwam met allerlei voorwaarden en gaf geen antwoord op vragen. Er was sprake van een grote monoloog vertelt zij ter zitting. Het was onduidelijk wat er die voorgaande nacht was gebeurd als gevolg van alcoholmisbruik. Klager had 2 dagen geen medicatie ingenomen, het toestandsbeeld waarin verweerster klager aantrof en de dreiging van kwijtraken van zijn woning hebben gemaakt dat klager daarna gedwongen is opgenomen.

 

Nadat klager en PVP de hoorzitting al hebben verlaten vraagt de commissie aan verweerder of zij een beeld heeft van de visie van klager op zijn ziektebeeld. Verweerster vertelt dat zij niet de regiebehandelaar is dus haar informatie uit het dossier heeft gehaald. Ze heeft daarin gelezen dat klager een andere kijk heeft op zijn psychische problemen en behandeling dan behandelaren. Klager wil zijn klachten op een natuurlijke manier bestrijden, niet met medicijnen.

 

 

BEVINDINGEN VAN DE COMMISSIE

 

Ontvankelijkheid klacht en bevoegdheid commissie

Op grond van artikel 10.3 van de Wvggz kan een klacht worden ingediend bij de klachtencommissie over de nakoming van een verplichting of een beslissing op grond van de in dat artikel opgenomen bepalingen. De klachten zien op de uitvoering van de verplichte zorg en zijn gericht tegen de verplichte medicatie en opname zoals bedoeld in artikel 8:9 Wvggz en zijn ontvankelijk.

 

Gronden en overwegingen

Gelet op de ingebrachte stukken, de inhoud van de dossierstukken en het verhandelde ter zitting komt de klachtcommissie tot de volgende overwegingen.

Artikel 8:9 Wvggz bepaalt dat de zorgverantwoordelijke ter uitvoering van de (voortgezette) crisismaatregel en ter uitvoering van de zorgmachtiging een beslissing tot het verlenen van verplichte zorg niet neemt, dan nadat hij:

  1. zich op de hoogte heeft gesteld van de actuele gezondheidstoestand van betrokkene,
  2. met betrokkene over de voorgenomen beslissing overleg heeft gevoerd, en
  3. voor zover hij geen psychiater is, hierover overeenstemming heeft bereikt met de geneesheer-directeur.

 

Allereerst en meer in het algemeen overweegt de commissie dat verplichte zorg bij psychiatrische patiënten een ernstige inbreuk is op hun persoonlijke levenssfeer en/of lichamelijke integriteit. Deze inbreuk dient dan ook met de nodige waarborgen omkleed te zijn. Daarom worden er zowel op juridisch als op medisch gebied eisen gesteld aan het mogen toepassen van verplichte zorg. Op juridisch gebied moet verplichte zorg voldoen aan de gronden van de Wvggz en aan vormvoorschriften als vastlegging van het zorgplan en het uitreiken van een voldoende gemotiveerde schriftelijke kennisgeving van de verplichte zorg.

 

Klager is [leeftijd] en bekend met een schizoaffectieve stoornis, waardoor eerder meerdere manisch-psychotische ontregelingen zijn ontstaan. Klager is het niet eens met de dosering van zijn verplichte dagelijkse medicatie, 12,5 mg olanzapine, omdat zijn bloedspiegel in orde was bij de laatste bloedcontrole en omdat maniforme klachten ontbreken. Er is geen rekening gehouden met de voorkeuren en wensen van klager omtrent deze medicatie. Klager wil terug naar een onderhoudsdosis van 7,5 mg en uiteindelijk naar 5 mg olanzapine. Verder heeft klager een klacht ingediend over zijn opname op 12 augustus 2022. Klager geeft tijdens de gedwongen opname bij de politie aan dat zij geen fatsoenlijk argument hebben om hem op te nemen. Volgens klager is er onterecht besloten tot opname op de [afdeling]. Dit besluit is niet proportioneel omdat er meer onderhandelingsruimte was rond de medicatie. Klager eist een schadevergoeding van 600 euro met als onderbouwing een onjuiste beslissing voor opname vanaf 12 augustus 2022 en daardoor geleden schade.

 

Verweerder geeft aan dat klager psychiatrisch bekend is met een schizoaffectieve stoornis, waardoor eerder meerdere manisch-psychotische ontregelingen hebben plaatsgevonden en waarvoor langdurige gedwongen opnames noodzakelijk waren. Medicatieontrouw en alcohol- en cannabismisbruik zouden een luxerende factor geweest kunnen zijn. Vanaf het ontslag uit de kliniek op 06-08-2022 (met nog milde manische symptomen) zijn de voorwaarden dat bij tekenen van overlast of medicatieontrouw opnieuw opname wordt overwogen. De woningbouw had op 04-08-2022 aangegeven dat bij overlast een huisuitzettingsprocedure wordt gestart. Uit het verleden blijkt dat bij medicatieontrouw er (langdurige) manische perioden ontstaan, gevolgd door langdurige opnames. Om dit te voorkomen is bij ontslag op 06-08-2022 afgesproken met klager de olanzapine 12,5 mg dagelijks onder toezicht in te nemen. Op 09-08-2022 blijkt uit de decursus dat er sprake is van spreekdrang, versneld denken, verhoogd associatief denken en grootheidsideeën. Op 10-08-2022 blijkt dat klager zijn blisterrol heeft weggegooid. Er is opnieuw voorgeschreven maar de apotheek heeft de olanzapine niet op voorraad. De volgende dag wordt de medicatie geleverd, maar klager doet zijn deur niet open. In de ochtend van 12-08-2022 meldt de woningbouwvereniging dat klager ’s ochtends in dronken toestand is thuisgebracht nadat gezien is dat hij 20 minuten in de struiken heeft gelegen en eerder in de ochtend met bier liep. Op diezelfde dag gaan verweerder, psychiater en verpleegkundige, op huisbezoek in zijn flat ter beoordeling van het toestandsbeeld. Klager schreeuwt door de intercom en dreigt hen hun gebit eruit te slaan als ze geen ‘ja’ zeggen op allerlei voorwaarden die klager stelt. Klager is moeilijk te volgen en hierin niet te onderbreken. Klager wil eerst zijn bier drinken om tot rust te komen. Aan de voordeur horen zij een monoloog van klager over olanzapine en zijn visie. Klager weigert medicatie in te nemen. Klager blijft ook doorpraten als de deur dicht gaat. Klager verwaarloost zich als gevolg van de manie en veroorzaakt overlast in zijn omgeving. Klager houdt zich niet aan de gestelde voorwaarden bij ontslag, wat klager ontkent. Klager toont geen ziektebesef en -inzicht. Het risico op ernstig nadeel is groot, namelijk dat klager zicht door de manie zijn woning gaat verliezen, zich lichamelijk gaat uitputten, zich agressief gedraagt naar hulpverleners en maatschappelijk teloor gaat.

 

Gezien het gedrag van klager en het risico op ernstig nadeel is de verplichte zorg gegeven door verweerder een passende behandeling om het ernstig nadeel te voorkomen. Verweerder heeft volop onderhandeld over de hoogte van de dosering olanzapine en klager ambulant behandeld na ontslag uit de kliniek met voorwaarden. Klager heeft zich niet aan deze voorwaarden gehouden doordat hij zijn medicatie heeft geweigerd. Verder heeft klager overlast veroorzaakt en dreigt zijn woning te verliezen. Zowel opname als verplichte medicatie is passend. Geconcludeerd kan worden dat verweerder de proportionaliteit, subsidiariteit, veiligheid en doelmatigheid van de verplichte zorg heeft getoetst.   

 

De commissie constateert dat de verplichte zorg is besproken met klager op 12-08-2022 en de schriftelijke beslissing is uitgereikt. Naar het oordeel van de commissie voldoet dit schriftelijk besluit (8:9 Wvggz formulier) omdat deze gemotiveerd is, de bedoelde verplichte zorg aangeeft en gebaseerd is op de geldende zorgmachtiging.

 

 

Uitspraak

De klachtencommissie verklaart de klacht gericht tegen de verplichte medicatie en opname ongegrond.

 

 

Schadevergoeding

Beide klachten zijn ongegrond verklaard, schadevergoeding wordt daarom niet toegekend.

 

 

Beroep

Klager, vertegenwoordiger of de zorgaanbieder kan door middel van een schriftelijk en gemotiveerd verzoekschrift bij de Rechtbank Gelderland beroep instellen tegen onderhavige uitspraak van de klachtencommissie. De termijn voor het indienen van een verzoekschrift bedraagt zes weken na de dag waarop de beslissing van de klachtencommissie aan de betrokkene is meegedeeld.

 

 

 

Aldus besloten te [plaats], 31 augustus 2022

namens de Wvggz klachtencommissie,

i/o

 

[voorzitter]

Voorzitter Wvggz Klachtencommissie

Aantal bladzijden: 5